Per 1 juli 2016 is er een nieuwe, wereldwijd geldende wetgeving van kracht voor zeecontainers, als onderdeel van het SOLAS-reglement (International Convention for the Safety of Life at Sea) van de IMO (International Maritime Organization). Volgens deze wetgeving moet het gewicht van elke container die op een zeeschip wordt geladen, geverifieerd zijn. De verlader die vermeld wordt op de bill of lading is hiervoor verantwoordelijk. Zonder een geverifieerd bericht mag de container niet geladen worden. Deze wetgeving heeft impact op verschillende partijen in de keten: de verladers, logistieke dienstverleners, rederijen en terminal operators. Het doel van de weegplicht is voorkomen dat de stabiliteit van schepen en de stapels containers, of de behandeling van containers in de haven in gevaar komen. 

De complexiteit van de nieuwe wetgeving

De naleving van de nieuwe wet is complex, onder meer omdat er niets is vastgelegd omtrent communicatie, er verschillende methodes bestaan en de naleving wordt overgelaten aan de individuele landen. Zo wordt controle in Nederland uitgevoerd door het Ministerie van Infrastructuur en Milieu en in België voert de Federale Overheidsdienst Mobiliteit en Vervoer de controle uit. Het is nog onduidelijk hoe de controle eruit komt te zien, zo moet in België de wetgeving zelf nog gepubliceerd worden. Daarnaast zijn er verschillen tussen de landen met betrekking tot de certificatie van de weegmethodes en de nodige vereisten. Heel wat verladers hebben gekozen voor de berekeningsmethode in plaats van het fysiek wegen van containers. Eén van de uitdagingen hierbij is het gewicht van de lege container. Dat gewicht kan verschillen voor hetzelfde type en er bestaat niet één database van alle gewichten.

Een andere complexiteit is het tijdig doorgeven van de informatie in de keten tussen de verlader, logistieke dienstverlener, rederij en de containerterminal. Er bestaat ook nog heel wat verwarring onder organisaties. Sommige bedrijven denken dat de nieuwe wet ook een verplichting is voor douane of dat het doorgestuurd kan worden via de port community-systemen, zoals Portbase en APCS. Dat is niet het geval. Daarnaast melden containerterminals en andere partijen dat zij ook containers kunnen wegen tegen bepaalde kosten. Het is echter niet altijd duidelijk welke capaciteit wordt voorzien en hoe lang mogelijke wachtrijen zullen zijn bij een te groot succes.

Elektronische communicatie

Descartes is niet betrokken bij het wegen zelf, maar wel in de elektronische communicatie van de Verified Gross Mass-informatie (VGM) tussen de verschillende partijen, wat de meest aangewezen manier is om de informatie door te geven. Hiervoor is een specifiek EDI-bericht ontwikkeld (VERMAS). Via het Descartes Global Logistics Network (GLN) kunnen bedrijven via hetzelfde protocol en berichtformaat de VGM-informatie doorsturen, die vertaald wordt naar de verschillende interpretaties van het VERMAS-bericht en afgeleverd wordt bij de rederijen of logistieke dienstverleners. Daarnaast is het mogelijk om vanuit de Transportation Management en Expeditie-oplossing van Descartes deze informatie elektronisch door te sturen. Dit is geïntegreerd met de reeds bestaande functionaliteit.

Eric Geerts, Director Product Management, EU Customs, Ports & Ocean Shipment Services bij Descartes: “Omdat we op basis van het toenemende aantal vragen zien dat niet iedere organisatie weet hoe de informatie over het gewicht van de zeecontainers kan worden doorgegeven, en er soms onduidelijkheid bestaat over de ingang en toepassing van de wetgeving willen we als dienstverlener graag antwoord geven op vragen en voorzien in een oplossing voor elektronische communicatie. We merken dat hiervoor veel interesse bestaat.” Wilt u meer weten over SOLAS? Klik hier.